Aanleg van uw gazon
Graszoden geven uw tuin in korte tijd een goede uitstraling.
Daarmee voldoet het aan de wensen van de hedendaagse klant die snel een mooi en groen gazon wil hebben. Voor het láten aanleggen van uw gazon verwijzen wij U graag door aan iemand die dat professioneel voor U kan verzorgen.
Graszoden zijn levend materiaal dat in opgerolde toestand 1 tot 2 dagen in optimale conditie blijven.
Afhankelijk van het weertype.
Dus: ! Zorg dat de grond is voorbereid voordat u de graszoden bestelt.
Zodoende kunt u direct beginnen met leggen als u de graszoden heeft opgehaald !
Voorbereiding van de grond:
- Spit de grond om (ongeveer 30cm diep).
- Loop/ trap de grond vervolgens goed aan met de hakken.
- Egaliseer de grond.
- Meng zonodig wat tuinaarde door de bovenste 10cm van de grond.
- De grond nogmaals aanlopen en egaliseren (door middel van ‘afrijen’). Langs bestrating ongeveer 1,5 cm lager aanhouden.
- Vervolgens ‘licht’ losharken van de bovenlaag (ongeveer 1cm).
- De grond is nu klaar voor het leggen van de graszoden.
Uitleg:
- De grond moet goed vlak zijn.
- Het ‘stevig’ aanlopen moet voorkomen dat de grond na verloop van tijd begint na te zakken. De grond mag bij het bewerken wel vochtig zijn, maar niet te nat!
- Een ‘dichtgesmeerde’ bodem is niet bevorderlijk voor het aanslaan en de levensduur van de graszoden.
Leggen van de graszoden:
- Begin met het leggen langs de langste rechte lijn.
- Leg een kader. Dit geeft minder kans op uitdroging.
- Binnen het kader kunnen graszoden gerust op maat worden gesneden.
- Zorg ervoor dat de naden verspringen en goed tegen elkaar aanliggen (om uitdrogen te voorkomen).
- De uiteinden en randen van de graszoden goed aandrukken met de handen.
- Gebruik niet te kleine stukjes (grotere kans op uitdroging). Bestel dan ook altijd iets meer dan de opgemeten oppervlakte. Zeker in een tuin met veel snijwerk (denk aan rondingen en hoeken).
- De graszoden na leggen goed water geven, ook overdag!! De eerste keer na het leggen mogen de graszoden gerust door en door nat zijn, zeker in een periode van warm weer. De eerste paar weken voldoende vochtig houden.
- Gemiddeld na ongeveer twee weken, wanneer de graszoden goed zijn aangegroeid, is het gazon goed betreedbaar. In een periode van wat hogere temperaturen kan het zijn dat de graszoden zelfs al binnen een week zijn vastgegroeid.
Bron foto’s: Brinke – Elst
Tips voor een mooi gazon…
Om ervoor te zorgen dat uw mooie gazon ook écht mooi blijft, heeft het wel onderhoud nodig.
Dit hoeft helemaal niet moeilijk te zijn, mits u weet hóe! Lees hier de tips:
- Bemesting Bemest regelmatig (4 à 5 keer per jaar). Dit is nodig voor een gezond en mooi gazon. Zorg er vooral voor dat de meststof genoeg stikstof bevat. Stikstof (N) zorgt voor een goede grasgroei en een mooi en stevig gazon.
- Een N.P.K. kunstmest bevat stikstof, fosfor en kali. Vraag hiernaar bij uw tuincentrum. Toedienen van kunstmest niet eerder dan 4 weken na aanleg. Een N.P.K. kunstmest wordt aanbevolen om de groei te stimuleren en een goede kleur te geven aan het gazon.
- Strooi de kunstmest op een droog gazon, dus niet wanneer het gras nat is!! Hierdoor vallen de korrels ‘onderin' en wordt voorkomen dat de kunstmest aan de grassprietjes blijft plakken en het gras kan verbranden. Zorg ervoor dat de kunstmest goed oplost door voldoende water te geven.
- Afhankelijk van het seizoen heeft u verschillende mestsoorten nodig. Tegenwoordig zijn er mestsoorten die enkele maanden effectief blijven. Laat u hiervoor informeren door uw hovenier/ tuincentrum of groenwinkels zoals de Boerenbond/Welkoop.
- Emelten zijn de larven van de langpootmug en kunnen een lengte bereiken van zo'n 3 tot 5 cm. Deze grijze maden bevinden zich in de bovenst 2 à 3 centimeter van de grond en vreten vooral 's nachts aan de wortels en de stengelbasis. De volwassen langpootmug legt in augustus-september eitjes af in het gazon. Hieruit ontwikkelen zich dan de emelten die de wortels van het gazon kaal vreten. In de zomer kan het gazon pleksgewijs geelbruin verkleuren. Bij vochtige regenachtige omstandigheden treft men deze larven eventueel ook aan op het natte terras. Pas wanneer er tientallen emelten op één vierkante meter zitten, kan aanzienlijke schade worden aangericht. Chemische bestrijdingsmiddelen tegen emelten zijn niet meer toegestaan. Informeer voor bestrijding van emelten bij de gespecialiseerde tuinvakhandel.
- Engerlingen zijn de larven van de mei- of junikever. Deze larven vreten zich een weg door de wortels van uw gazon. Het zijn witte C-vormige larven met een dik zakvormig achterlijf en een bruine kop. De aanwezigheid van eksters of kraaien kan een aanwijzing zijn dat er zich engerlingen in uw gazon bevinden. Chemische bestrijdingsmiddelen tegen engerlingen zijn niet meer toegestaan. Informeer voor bestrijding van engerlingen bij de gespecialiseerde tuinvakhandel.
- Maai niet te kort. Zeker de eerste maaibeurt niet te kort maaien. Té kort maaien bevordert mosvorming. De ideale maaihoogte is ongeveer 2,5 centimeter. Maai per maaibeurt niet meer dan 1/3 van de lengte van de grasspriet af.
- Vaak kan de eerste maaibeurt van uw gazon al één week na aanleg.
- Maai bij voorkeur als het gras droog is.
- Vaak maaien zorgt voor een dichte gesloten grasmat. Dit vermindert de kans op onkruiden en mos.
- In de winter mag het gras niet te lang zijn. Een ‘pak' gras verhoogt de kans op schimmel. Wanneer het gras te lang is ventileert het slecht en komt er minder zonlicht onderin de grasmat waardoor de grasmat ‘open' of ‘hol' gaat kijken.
- Laat geen maaisel liggen. Ruim dit direct op. Wanneer er teveel maaisel ligt kan het onderliggende gras gaan ‘stikken'. Dit is ook het geval met bladeren. Probeer daarom, vooral in de herfst, uw gazon ook bladvrij te houden.
- Zorg ervoor dat uw maaimachine in goede conditie is (een goed geslepen mes en goed afgesteld, laat dit aan de vakman over).
- Maai niet als de komende nacht vorst dreigt.
- Bij optimale omstandigheden krijgt mos helemaal geen kans. Té kort maaien en schaduwrijke plekken zijn de belangrijkste oorzaken van mosvorming. Mos kan worden bestreden door het strooien van ijzersulfaat (in de winkel vaak 'mosdood' genaamd). IJzersulfaat heeft een uitstekende werking. Het mos kleurt zwart en kan vervolgens makkelijk verwijderd worden, het beste met een verticuteerhark. Wanneer vervolgens het gazon goed wordt bemest zal het voldoende groei, weerstand en kracht hebben om het mos te overwinnen.
- Onkruiden, denk aan de paardenbloem, klaver, het madeliefje en dergelijke zijn over het algemeen makkelijk te verwijderen uit uw gazon. Vaak kunt u onkruiden verwijderen door ze met de hand uit te steken. Bij grote onkruidbezetting kunt u een bestrijdingsmiddel gebruiken. Werken met bestrijdingsmiddel vergt echter wel professionele kennis. Informeer hiervoor bij uw plaatselijke tuincentrum/ hoveniersbedrijf. Zij kunnen u informeren over onkruidbestrijdingsmiddelen en het gebruik hiervan.
- In de wat oudere gazons komen ook vaak grassoorten voor die u helemaal niet in uw gazon wilt hebben. Vaak zijn dit de zogenaamde pollen of grove zaadstengels. Wanneer u deze tijdig herkent en uitsnijdt, voorkomt u dat in de loop der jaren uw gazon bezaaid staat met bonte grassoorten.
- U ziet kleine modderige zandhoopjes op het gazon ontstaan, vaak in de herfst en het voorjaar. Regenwormen brengen het gazon géén schade toe. Integendeel, het zijn nuttige organismen. De structuur van de bodem wordt op deze manier verbeterd/ bevorderd.
- Sneeuwschimmel komt meestal voor in de herfst of winter. Je kunt de schimmel herkennen aan bruin/oranje, pluisachtige plekken in het gazon. De oorzaak is meestal lang gras wat bij vochtig weer slecht ventileert. Wanneer het gras netjes ‘kort' gemaaid de winter ingaat, zal sneeuwschimmel niet snel de kans krijgen. Kort gemaaid gras wordt namelijk sneller droog dan lang gras.
- Te herkennen aan eerst wit en waterige 'snot', daarna gele, bruine plekken. Het gras plakt aan elkaar. Een te hoge pH werkt sneeuwschimmel in de hand. Overige oorzaken kunnen zijn een vochtige periode na een droge en warme zomer, een tekort aan kali én/of te veel aan stikstof in het najaar.
- Bestrijding: na eind september niet meer bemesten met stikstof & voorkom verspreiding via de maaimachine.
- Ontstane schade door sneeuwschimmel groeit er in het voorjaar vaak weer probleemloos uit. Hark in het voorjaar de schimmelplekken 'open' zodat deze weer goed ventileren en werk wat graszaad door de bovenlaag. Wanneer de zaden beginnen te kiemen zorgen voor voldoende vocht en de plekken zullen weer herstellen. Dit kan gecombineerd worden met het strooien van kunstmest zodat de grasgroei goed op gang komt en de plekken nog sneller zullen dichtgroeien.
- Bij normale omstandigheden heeft gazon geen besproeiing nodig. Let op!: bij een pas aangelegd gazon moet meerdere keren per dag (dus ook midden op de dag) gesproeid worden. Vooral bij zomerse temperaturen (en veel wind ) moet ervoor gezorgd worden dat het gazon goed vochtig blijft. Zeker de eerste keer na aanleg mag de grond door en door nat zijn.
- Bij droogte in het voorjaar of zomer moet er regelmatiggesproeid worden. Éénmaal sterk verdroogd herstelt een grasmat moeizaam, probeer dus verdroging tegen te gaan.
- Bij een bestaande grasmat: Sproei dan bij voorkeur s'avonds of s'morgens vroeg. Op deze manier kan het water rustig in de grond dringen en bovendien verdampt er dan minder water.
- Door een stukje van de zode op te tillen (bij pas aangelegd gazon) is makkelijk te zien of de grond ook goed nat is.
- Éénmaal per jaar de grasmat verticuteren zorgt ervoor dat licht, lucht en water makkelijker doordringen. Goed voor een gezondere grasmat!
- Na verticuteren is het verstandig om wat graszaad te strooien. Informeer hiervoor bij uw hovenier/ tuincentrum of groenwinkels zoals de Boerenbond/Welkoop.
- Loop niet over uw gazon als er een pak sneeuw op ligt of als het gras bevroren is. Een pak sneeuw is in tegenstelling tot een laag bladeren geen probleem!
- Een optimale pH (zuurgraad) voor gazon ligt tussen de 5.5 en 6.5 . Dit weet u echter alleen na een grondonderzoek.